zondag 4 november 2007

Logeren bij vlamingen in Oostenrijk / Tirol


In de Tiroler Bergen !!... Hallo iedereen , Griaß Enk ! Ons verhaal begint zo ... wij Peter en Mary , hadden nood aan een vakantie na het verlies van ons dochtertje , onze vrienden hadden ons overtuigd om naar Oostenrijk ( Tirol ) mee te gaan . Eerst waren wij daar helemaal niet voor te vinden ! Oostenrijk ? dit is toch iets voor oude mensen ? Maar zij vonden het super dus trokken we maar mee , bergwandelen !! Het was een SUPER vakantie !! We hebben er van genoten en tegelijk ons hart verloren aan de bergen, in januari gingen we voor het eerst skieen en het jaar daarop terug .

En toen begon het ...
" Ik wil niet meer naar huis !!"en "Hoe zou dat zijn , als wie hier zouden wonen ?" we waren alletwee verliefd op de bergen .
Al vlug was het besloten :" Als we thuiskomen zoeken we een vakantiewoning en keren we een week terug !" De bedoeling was om dan iets te zoeken , maar toen ik die mevrouw opbelde en haar vertelde dat we eigenlijk iets in de gastronomie zochten , vertelde zij me dat er in het dorp een Gasthof te koop stond , al meer dan 4 jaar !!

Het volgende weekend zijn we terug naar Oostenrijk gekomen, Landeck en Tobadill hebben we nog op de landkaart moeten zoeken ... geen idee want Tirol was voor ons Oostenrijk en omgekeerd ook .

Nadat we het huis gezien hadden en alles eens bekeken hebben was het al vlug duidelijk , dat is het !!! Na veel geen en weer pendelen en nadenken hebben we dan in december 2000 het huis gekocht .

We hebben eerst een half jaar gerenoveerd zodat we konden openen en op 1 juli 2001 was het dan zover, het dorpsgasthof werd weer geopend ... Tot grote vreugde van de inwoners , maar toch waren ze skeptisch ... er waren zoveel uitbaters geweest die er al vlug de brui aan gegeven hebben . En dan komen er twee belgen ??? Buitenlanders ... hier in het Tiroler Oberland zijn de mensen enorm hard en stoer , daar zijn ze zelfs trots op !

Het is een hard begin geweest, ik kon een beetje duits maar Peter en Davy onze zoon ( toen 8 jaar ) geen woord . De mensen hier spreken allemaal dialekt ( Oostenrijks ) niemand deed moeite om ons te helpen ! Al vlug kregen we de taal onder de knie en gelukkig hadden we veel Belgen in ons Hotel dus hadden we wel wat afwisseling . Na een half jaar begonnen de inwoners toch te vinden dat we er nu wel bij hoorden , en toen is het beginnen veranderen .

Nu zijn we " Tobadillers " , Peter is in de brandweer aktief en ik ben voorzitster van het toerisme ,Davy is in de voetbalclub, skiclub enz... we zijn "de" verzamelplaats voor jeugd , verenigingen (17 in het dorp ), Frühshoppen , feestjes en het enige restaurant in het dorp met 280 gastenbedden .

We zijn blij zoals het nu is , onze zaak floreerd , we hebben gasten van over heel de wereld maar vooral ook Belgen en Nederlanders . We verbouwen en verbeteren nog steeds aan het huis tussen zomer en winterseizoen staat er altijd wel weer een verbouwing op het programma ! Het is hard werken , van ´s morgens vroeg tot ´s avonds laat en dat 7 op 7 dagen .

Wij denken er eigenlijk niet aan om ooit nog in Belgie te wonen , alhoewel we onze familie en vrienden wel missen , gelukkig komen zij veel op bezoek .

groetjes en Pfierd Enk ,
Peter , Mary en Davy Butstraen - Vanhove : website gasthof Alpenblick

Bron:Belg.be

Klein duimpje daagt skireuzen uit


Tussen skireuzen als Val d'Isère en Les Arcs valt het dorpje Sainte Foy amper op. Een overzichtelijk gebied voor gezinnen, maar ook een prima plek om buiten de piste te gaan.


Er was eens, niet eens zo lang geleden, een klein Frans dorpje in de Savoie dat graag groter wilde groeien. De anderhalve man en een paardenkop die er nog woonden, konden amper rondkomen van jaar in, jaar uit noest boeren, kneuteren en in de grond wroeten. En 's winters was het helemaal armoe troef. Sneeuw zat, daar in Sainte Foy, maar die lag er vooral mooi te zijn, want skiën deed iedereen bij de bekende grote buren: Val d'Isère, Tignes en Les Arcs.

En toch werd in het dorpje besloten om liften te bouwen, om wintersporters te lokken. Bijna iedereen lachte die domme boeren uit. Want wie wil er nou gaan skiën in zo'n gat, dat bijna in de schaduw ligt van die wereldberoemde buren? Dat is bijna net zoiets als een nieuwe speeltuin openen naast de Efteling. Wie gelooft daar in?

Off-piste kunt skiën

Toch gingen vijftien jaar geleden de felbegeerde skiliften open en slalomden de eerste wintersporters omlaag van de Col de l'Aiguille (2620 meter). Gestaag is het gebiedje verder uitgebreid. In totaal ligt er nu zo'n 45 km piste. Ontelbaar veel groter is het aantal kilometers off-piste. Maar kun je daarmee een lange neus trekken naar de grote buren, die ieder voor zich een veelvoud aan kilometers piste hebben?

''Oh jawel,'' grijnst Laurent, directeur van de plaatselijke skischool. ''Ze komen zelfs vanuit de buurt, omdat je nergens beter off-piste kunt skiën dan hier.''

Om dat te bewijzen, neemt hij ons de volgende dag mee de berg op. De geprepareerde pistes laten we links liggen. Wij trekken buiten de gebaande paden door de poedersneeuw het ene na het andere unieke spoor.

Gelukkig is Laurent onze gids, want in je eentje verdwaal je. We glijden langs ondergesneeuwde meertjes (oppassen!) en eeuwenoude berghutjes en imposante bergtoppen. Zo mooi en gladjes hebben we in al die jaren nog niet geskied.

Idyllische verrassing
Helemaal aan het eind wacht nog een idyllische verrassing: Le Monal. Een historische enclave bestaande uit een kerkje met wat oude huizen en stallen. Een onbewoond paradijsje, dat laat zien hoe mensen hier honderden jaren geleden gewoond en geleefd moeten hebben. Wie nog wat plaatjes voor kerstkaarten wil schieten, kan hier zijn hart ophalen.

En als dan aan het eind van de schitterende dagtocht plotseling een lammergier over onze hoofden heen zweeft, wordt iedereen helemaal stil. Zo'n vogel, zo groot en zo dichtbij, met witte Alpen als decor, het is amper te geloven. Maar soms heb je dat. Dat alles, heel even maar, klopt.

's Avonds bij Chez Merie in het naburige dorpje Le Miroir kookt de oude Merie voor de voldane off-pisters de sterren van de hemel. Het is alsof je op zondag weer bij oma aanschuift.

Eerst is er voor alle gasten een aperitiefje rondom de enorme open haard. Die doet tevens dienst als giga oven want op enorme roosters en grote leistenen liggen lamsbouten en lappen vlees te garen. We kunnen urenlang tafelen en genieten.

En Merie blijft maar lopen.

Val d'Isère/Tignes
Voor een evenwichtig oordeel over het gebied en ter vergelijking gaan we de volgende dag toch even bij die grote buurman kijken: Val d'Isère/Tignes. Het is minder dan een half uurtje rijden en is een reus in vergelijking met Sainte Foy.

De pistes zijn er meteen ook een stuk drukker en voller. En gevaarlijker. Na een uur worden we door een dolle Deen compleet van onze sokken geskied. Is het toeval, voorzienigheid of toch een sprookje dat we juist nu, voor het eerst in twintig jaar, een skihelm dragen? Voortaan hoort de skihelm bij de standaarduitrusting.

Het skiplezier in dit onmetelijke gebied lijdt er de rest van de dag wel wat onder. Met pijn in nek, rug en kont valt het niet mee om intens te genieten van de ontelbare pistes en uitdagingen van dit gebied.

Nee, geef ons dan toch maar dat pietepeuterige Sainte Foy, met maar vijf liften en circa veertien verschillende afdalingen. Die kun je na een paar dagen wel zo'n beetje dromen, maar dat maakt de skipret er niet minder om.

En anders stap je toch gewoon even buiten de pistepaaltjes, want daar is ruimte genoeg voor onverwachte afdalingen en avonturen.

Voordeel is ook dat alle afdalingen uitkomen in het dorpje zelf. Verdwalen zul je hier niet gauw. En voor gezinnen is dat ook wel een geruststelling. Zoon- of dochterlief kan nergens naar toe.

Dorps en authentiek

Dat geldt ook wel een beetje voor Sainte Foy zelf. In vijftien jaar is het boerengat weliswaar gigantisch gegroeid (2.500 bedden, het moeten er de komende jaren 5.000 worden), maar de sfeer is gebleven. Ondanks alle nieuwe chalets oogt het nog erg dorps en authentiek. En wie een stukje omhoog wandelt, zit zo weer tussen de alleroudste boerderijen, waar de koeien op stal staan en stapels haardhout liggen.

Als herinnering aan de tijd dat Sainte Foy nog echt een klein duimpje was.

Vrij sneeuwzeker
Sainte Foy in de Savoie ligt tegen de Alpen op een hoogte tussen 1550 en 2620 meter. Het skidorpje ligt in een soort kom, waardoor het vrij sneeuwzeker is. Voordeel daarvan is dat de liften ook bij harde wind of storm kunnen blijven draaien. Het gebied telt vijf liften en in totaal veertien afdalingen (drie blauw, acht rood, drie zwart), goed voor zo'n 45 kilometer piste. Het aantal kilometers off-piste is vele malen groter.

Sainte Foy ligt op ongeveer 1100 kilometer van Utrecht en is per auto gemakkelijk bereikbaar. Ook met de trein, want het eindstation van de ski-Thalys, Bourg St. Maurice, ligt op een half uurtje rijden.


Bron:www.parool.nl