vrijdag 21 december 2007

’Sleetje rijden’ in Grindelwald


door Jeroen Hendriks

GRINDELWALD - Hoe leuk is wintersport zonder de hellingen af te suizen op ski’s of een snowboard? Dat is de hamvraag bij de uitnodiging om een paar dagen in het Zwitserse Grindelwald door te brengen. Bij de verslaggever, in zijn jeugd een fanatieke skiër in de Oostenrijkse Alpen, doemen beelden op van ouderen die door dorpjes slenteren en koffiedrinken onder een dekentje op een terras. Om ons ’leed’ te verzachten is er een ochtendje carve-skiles in het programma opgenomen.

De skiaspiraties worden direct de grond in geboord na een spontaan sprintje tijdens een sneeuwballengevecht. Een venijnige pijnscheut in een bovenbeen maakt pijnlijk duidelijk dat de gebruikelijke warming-up in de sneeuw – twaalf jaar geleden voor het laatst – niet voor niets is.



Geen verrassing overigens, want het kwaad komt altijd in drieën. Al tijdens het ontbijt bereikt ons de eerste tegenvaller. De beoogde kennismaking met de Velogemel (de unieke houten sneeuwfiets uit Grindelwald) gaat niet door omdat de fabriek de dag ervoor is afgebrand. Koud bekomen van de schrik, haalt onze begeleidster de mythe rond de St. Bernards, de beroemde reddingshonden met drankvaatje om de nek, onderuit. Monniken stuurden vroeger wel eens zo’n EHBO-hond op pad, maar zonder vaatje. Alsof je hoort dat Sinterklaas niet bestaat…



Gelukkig blijkt de blessure de kennismaking met de rodelsport niet te verhinderen. Op een klein lichtgewicht sleetje de berg afglijden in gezelschap van een stel Russische meiden op hakken en met schoudertasjes. Al snel blijkt dat wat meer lichaamsgewicht de snelheid niet bevordert, maar juist de slee dieper de sneeuw indrukt en dus afremt. De rodelantaarndrager van het gezelschap is gevonden, maar dat geeft wel weer een mooi zicht op ontspoorde collega’s. Ook in de sneeuw geen mooier vermaak dan leedvermaak.



’s Avonds blijkt een ander cliché over de Zwitsers gelukkig wel te kloppen: kaasfondue maken kunnen ze als geen ander. De suggestie om ook een stukje worst in het gele goud te dopen doet de wenkbrauwen fronzen. Thuis maar een mosterdsalami opgestuurd. Multiculti in een pannetje.



Het uitstapje de volgende ochtend met een treintje naar het Jungfraujoch is letterlijk adembenemend. Niet vanwege de snelheid, maar vanwege het enorme hoogteverschil. Deze besneeuwde dame is liefst 3454m hoog – Grindelwald ligt op 1034 m – en je komt bijna tot de top. Onze gids waarschuwt onderweg om vooral rustig aan te doen. Hij heeft water en snoepjes meegenomen om ons op de been te houden. Als we op het bergstation de buitenlucht in stappen voel je direct aan je lichaam dat het geen geintje was. Hele horden Aziaten rennen vrolijk rond, maar een enkeling ligt daarna ook gestrekt bij te komen op de vloer…



We komen echter voor het uitzicht. En dat is ’fabelhaft’. Een koud windje, volop zon en alleen maar besneeuwde bergtoppen om je heen. Wie nog twijfelt over de nietigheid van zijn bestaan, krijgt hier het antwoord. Vanaf het bergstation kun je schitterende wandeltochten maken, maar dat is voor ons plattelanders wat te hoog gegrepen. Dat doen we de volgende dag in de bossen rond Grindelwald.



De ouderwetse ’tennisrackets’ onder de schoenen zijn inmiddels vervangen door een moderne variant die simpel aan je wandelschoenen wordt geklikt. Wandelstokken in de handen en zwoegen maar door de pakken sneeuw…



Gids Hans is een ouwe taaie. Hij ziet eruit als je opa, maar wandelt iedereen er moeiteloos uit. Een verzoek om een rustpauze is onvermijdelijk. Bezorgd komt hij informeren of het wel gaat. Als ik hem verzeker dat ik zal waarschuwen als de sneeuw zwart wordt, verschijnt er een grijns op zijn gezicht. Ze overleven het wel die Hollanders.



Ook zonder lange latten of een board, kun je je prima vermaken in de sneeuw. En ik zal nooit meer zeggen dat het dan geen sport is…




REISWIJZER



Grindelwald ligt in het zuiden van Zwitserland en is prima bereikbaar met de auto (snelwegen tot Interlaken) en de trein (IC-trein tot Interlaken en dan 35 minuten met de Berner Oberland Bahn naar Grindelwald). Vliegen is eveneens mogelijk. Op de internationale luchthavens Zürich en Genève kun je eenvoudig de trein nemen naar Interlaken.

Bron:www.telegraaf.nl