zaterdag 19 januari 2008

Obstakels op de vakantieroute


Je kunt 's zomers de meeste tunnels in Europa vermijden, maar dat is vaak lastig en het kost meer tijd. En er is veel veranderd sinds 1999, toen 39 doden vielen in de Mont Blanctunnel. Wat voor obstakels komen we tegen op weg naar het zuiden?

Sinds de tunnelbranden in 1999. staat het onderwerp in Europa op de kaart, zegt Arnoud Broekhuis, hoofd reisinformatie van de ANWB. ''We zijn ons bewust geworden van de risico's, er zijn veiligheidseisen gesteld, we geven tunneltips en er worden elk jaar door EuroTap zo'n vijftig tunnels getest.''

Zaken die dan worden onderzocht, zijn onder meer brandbeveiliging, verkeersbewaking, communicatie, vlucht- en reddingswegen, calamiteitenmanagement, luchtverversing en het tunnelsysteem zelf. Verder wordt gekeken naar de verkeersdrukte, en het aantal pechgevallen en ongelukken.

Op basis van de test krijgt de beheerder aanbevelingen, die echter vrijblijvend zijn. ''Bij een negatief resultaat wordt de automobilist niet geadviseerd de tunnel niet te gebruiken, maar de tunnel(beheerder) wordt publiekelijk wel aan de schandpaal genageld,'' aldus Broekhuis.

Zo kregen Italië en Noorwegen dit jaar onderuit de zak. Van de vier onderzochte tunnels in Italië bleken drie ronduit slecht en één redelijk. In Noorwegen kregen drie van de vijf geteste tunnels het predicaat slecht en twee goed. Bij de test bleek scoorde twintig procent van de 51 tunnels onder de maat. Opvallend is dat Italië steeds slecht presteert.

Broekhuis: ''Maar het grootste risico vormt het gedrag van de automobilist. In 95 procent van de gevallen is het de weggebruiker die een probleem veroorzaakt.''

Wat betreft de tunnels op de doorgaande noord-zuidroute door Oostenrijk en Zwitserland komt Broekhuis met de geruststellende mededeling dat deze 'veilig' zijn. Wat niet wegneemt dat iemand met tunnelangst toch voor de pas moet kiezen, een soms erg lange omweg moet maken of er beter aan doet te vliegen.

Per trein is geen alternatief, want er zijn niet alleen ettelijke (lange) treintunnels, maar deze worden bovendien door EuroTap niet onderzocht.

De ANWB biedt een overzicht van tientallen tunnels, per land gerangschikt. Zie www.anwb.nl. Helaas wordt bij matige testresultaten niet de reden vermeld. Wil je de complete tests uit 2005, 2006 en 2007 raadplegen, tik dan 'tunneltest' in.

San Bernardinotunnel
Wie op de A13 in Zwitserland naar Italië rijdt, komt bij Thusis de Crapteigtunnel tegen (1996, 2,1 km), met één buis, die in de test van 2000 de score 'twijfelachtig' kreeg. De langste tunnel in dit traject, de San Bernardino uit 1967 bij het gelijknamige plaatsje - 6,6 km lang, één buis - kreeg in 1999 de waardering 'onvoldoende'.
Alternatieve route: eigenlijk is die er niet. Je kunt bij Chur via de N3 naar het zuiden (Lenzerheidepas) maar veel schiet je daar niet mee op. En de San Bernardinopas (1626 meter) wordt door de ANWB afgeraden voor caravans.
San Bernardinotunnel
Mont Blanctunnel
Ook de Mont Blanctunnel (1965, heropend in 2002 na de brand in 1999), in de A5/A40 tussen het Franse Chamonix en het Italiaanse Courmayeur, scoort 'zeer goed' (test 2002). Eén tunnelbuis en een lengte van 11,6 km.
Alternatieve route: is er eigenlijk niet, want via de A9 kom je ook tunnels tegen en over de Kleine St. Berhardpas (2188 m, ervaren caravanners) rijden, is wel heel erg om.

Mont Chemintunnel

Via de A9 in Zwitserland langs het Meer van Genève naar Italië kom je nabij Martigny door de Mont Chemintunnel (1993, 1,7 km en 'voldoende' getest in 2007), maar verderop vooral door de 5,7 km lange Grote St. Bernhardtunnel, met bouwjaar 1964 de oudste in dit overzicht. Deze tunnel, met één buis, kreeg dit jaar het predicaat 'voldoende'.
Alternatieve route: over de pas (2469 meter), waar volgens de ANWB alleen ervaren chauffeurs met een caravan e.d. overheen kunnen.

Mont Blanctunnel en Mont Chemintunnel
St. Gotthardtunnel

In Zwitserland bevindt zich in de A2 nabij Andermatt de langste doorgaande tunnel in de noord-zuidroute: de Gotthardtunnel uit 1980, 16,9 km lang, met één tunnelbuis. Bij de test in 2002 kreeg deze tunnel het stempel 'voldoende'. Een kilometer of dertig eerder ligt, nabij Altdorf, de Seelisbergtunnel (1980). Met twee tunnelbuizen kreeg deze 9,2 km lange tunnel dit jaar het predicaat 'zeer goed'.
Alternatieve route: voor Seelisberg aan de andere kant van het Vierwoudstedenmeer, voor de Gotthard via de pas. (ANWB: alleen ervaren caravanners).

Tauerntunnel

De A10 in Oostenrijk tussen Salzburg en Villach kan iemand met tunnelangst ook beter mijden. Drie redelijk lange tunnels kom je tegen: de Oswaldiberg- (1988, 4,3 km), de Katschberg- (1974, 5,4 km, tol) en de Tauerntunnel (1975, 6,4 km, tol). Oswaldiberg, met twee tunnelbuizen, scoorde in 2006 'goed', Katschberg (1974), één tunnelbuis, kreeg in 2002 'voldoende' en de Tauern, eveneens één buis, had in 2000 een voldoende.
Alternatieve route: bij Radstadt via de N99, Radstädter Tauernstrasse. Het eerste deel wordt voor caravans ontraden, het laatste stukje over de Katschbergpas is zelfs verboden voor caravan, vouwwagen of aanhanger.


Karawankentunnel

De 7,9 km lange Karawankentunnel (bouwjaar 1991, tolheffing) verbindt het Oostenrijkse Villach over de A11 en A2 met het Sloveense Ljubljana. Het is een éénbuistunnel met twee rijstroken, dus je hebt tegenliggers. In de internationale tunneltest (2005) scoorde Karawanken een 'voldoende'.
Alternatieve route: van Villach via de A2 naar Tarviso (korte tunnel) in Italië en dan via de N54 naar Slovenië (Podkoren en verder).

bron:Het parool